V.VI. de caravan-karavaan


(Lees hier de start van het verhaal. Klik hier voor het personenregister)

Ik kom terecht in een nieuwe wereld. Ik leer er grootse mensen kennen en doe de stoelendans met een bijzondere kleindochter. Joris blijft erin geloven. Goed rekenwerk zal de wereld redden, niks anders. Nieuwkomers op wielen verdringen zich aan de poorten van BeterGent. Lu boekt een succesje. Apple komt thuis.

Woensdag 8 februari 2051 – 360,80 ppm en 2383,52 ppb

De modellen die de gevolgen van de methaanbom proberen in de schatten kunnen in de prullenbak. Hawaï krijgt te maken met een sneeuwstorm, maandenlange regenval in de Victoria woestijn in Australië zorgt voor het ontstaan van nieuwe moerassen. Zuid-Spanje krijgt plots weer een aangenaam klimaat en in Duitsland rukt de savanne op. Het weer voorspellen wordt een loterij, voedsel produceren een hachelijke onderneming. Wat wel zeker is, de gemiddelde temperatuur is wereldwijd met 0,3 graden gestegen in het jaar 2050. Volgens geologen is dat niet helemaal uitzonderlijk. De gemiddelde temperatuur in het Noordelijk halfrond is 14 500 jaar geleden in tien jaar tijd met maar liefst 16 graden gestegen. De vierhonderd jaar die daarop volgden steeg de zeespiegel met 400 meter. De oorzaak van de opwarming was een combinatie van een storing in de baan van de aarde én het plots vrijkomen van koolstofdioxide uit oceanen en regenwouden. De mens heeft het toen overleefd, dat kunstje kunnen we nog wel eens overdoen.

***

Ik ben zesentwintig en zit voor de allereerste keer in een echt vliegtuig. Leden van het wereldparlement krijgen geen vergoeding, maar wel een extra klimaatbudget voor noodzakelijke reizen. Na een trip met de trein via Nederland en Duitsland komen we in het Deense Sankt-Peter-Ording aan. Daar ligt een drijvende start- en landingsbaan voor de kust. Het vliegveld kan enkel gebruikt worden bij een rustige zee. Het grote voordeel is dat de temperaturen draaglijk zijn en de luchthaven samen met de zeespiegel stijgt. Sleepboten zorgen ervoor dat de baan steeds op de juiste windrichting gericht is. We maken de vlucht met een propellervliegtuig met veertig plaatsen. We zullen ongeveer tien uur vliegen tot we in Suriname landen. De wereldregering werkte de voorbije jaren vooral virtueel. Maar gezien de situatie is beslist om de nieuwe afgevaardigden fysiek samen te brengen voor een marathonzitting.

Ik mag twee adviseurs met me meebrengen. Omdat ik de nabijheid van Lu erg op prijs stel ging mijn eerste voorkeur naar haar uit. Het is echter Lu zelf die me overtuigt daarvan af te zien. Haar werk met Gencoop begint vruchten af te werpen, en, zegt ze ‘als het gaat over het redden van de wereld dan ken je wel andere mensen die meer te vertellen hebben.’ Omdat de gemiddelde leeftijd van het wereldparlement vijfendertig jaar is besluit ik vooral extra ervaring mee te brengen. Bart en Parvanah zitten naast me in het vliegtuigje. Het is een behoorlijk zware reis voor Bart die continu een klein beademingsapparaat moet meedragen. Hij blijft beweren dat het prima gaat. Mijn mama zit ontspannen en geconcentreerd door het raam te kijken. We zien grote rookpluimen boven het Amazonewoud vlak voor we landen.

Met de bus is het dan nog twee dagen reizen voor we aankomen in Manaus waar het wereldparlement is gevestigd. De site heeft meer weg van een studentencampus in een provinciestad dan van het epicentrum van de macht. Een aantal gebouwen staan in concentrische cirkels rond de centrale aula in hout en bamboe. We krijgen enkele kamers toegewezen in het gastenverblijf. Er hangt een bijzondere energie op deze plek. Een mix van vastberadenheid en urgentie.

De eerste dagen zijn overweldigend. Er zijn introductiesessies in Deep Democracy en topwetenschappers brengen ons een stand van zaken over de milieucrisis. We doen teambuildingsoefeningen met andere verkozenen. Ik zit in hetzelfde team als Caroline Dorothy, een vrolijke en pientere vrouw met oranje haar. Het is mijn mama die me later vertelt dat dit een kleindochter is van Trump. Ik heb een lang gesprek met Rutger Bregman die met zijn drieënzestig een van de oudere raadsleden is. Ik vertel hem hoe zijn werk me inspireerde om mijn programma op te stellen. Ik voer een stevige discussie met senator Matthias Boudry die blijft beweren dat de toekomst er stralend uit ziet.  Er zijn onvoorstelbaar veel boeiende mensen uit alle hoeken van de wereld. Tijdens een variant op het ‘prisoner’s dilemma’ krijg ik het aan de stok met Naresh Kog, een verkozene uit Nieuw-Zeeland. Hij is er rotsvast van overtuigd dat survival of the fittest de beste manier is om te overleven. Hij offert probleemloos zijn teamgenoten op. Ik begrijp niet goed dat zo iemand verkozen is voor de wereldregering. Ik zal pas later beseffen dat hij niet alleen is.

Na een week inwerken is het tijd om aan de slag te gaan.  Via een model van deliberatieve democratie is het aan ons om de volgende twee weken tot een voorstel te komen om de noodsituatie aan te pakken. De facilitatoren drukken ons op het hart om te zoeken naar één gemeenschappelijk voorstel dat rekening houdt met alle standpunten en belangen.

***

Een delegatie van ruim dertig mensen uit verschillende stadsregio’s stapt uit het busje op groene waterstof. Ze zijn hier een week om het voedselsysteem van BeterGent te bestuderen. Joris is fier als een pauw als hij de groep op sleeptouw mag nemen. Op zulke momenten voelt hij zijn leeftijd niet. Hij laat eerst Nils Mouton aan het woord aan de rand van een stuk verwilderde grond. ‘In dit stuk van precies een hectare zit meer dan tien ton CO2 vast. En toch levert dit al vele jaren voedsel op voor twintig mensen.’ Hij stopt even om de uitdrukking op de gezichten af te lezen. Ongeloof, scepticisme, verbazing, en daar bij die kerel uit Lyon meent hij zelfs een spottende mondhoek waar te nemen. ‘Volgt u mij maar.’ Nils stapt in het veld, een groep spreeuwen vliegt luidruchtig op. Het hele gezelschap staat al snel op een kleine open plek, enkele mangalicavarkens zijn in de grond aan het wroeten. ‘Ik was eigenlijk niet helemaal correct, wat vlees betreft produceert deze hectare voor meer dan twintig mensen.’ Nils vertelt enthousiast over de wisselwerking tussen de kersenboom en de walnoot met de lagen die eronder en ertussen floreren. Tientallen bessensoorten, maar ook aardpeer, pompoenen, postelein, grootvruchtige hazelaars en oude graanvariëteiten gedijen er. ‘Het is mijn vader Dirk die vijftien jaar geleden gestart is met het omvormen van de weilanden tot voedselbossen. Uiteindelijk is het combineren van houtgewassen, voedingsgewassen en dieren onvoorstelbaar productief. De eerste jaren was het hard werken. Vandaag gaat het letterlijk vanzelf. De gezonde grond vol schimmels en bacteriën voedt de planten die op hun beurt een scala van insecten en dieren onderhouden. We vechten niet tegen de natuur, we proberen die zo goed mogelijk na te bootsen.’ Hij neemt met zijn hand een hoopje aarde en ruikt eraan. ‘Doorgeven en ruiken, proeven mag ook.  We hebben de voorbije jaren gemerkt dat ons bos veel beter bestand is tegen droogte en ziektes. Zelfs de sprinkhanen en de zomer zonder zomer hebben geen blijvende schade aangericht.’ Nils ziet nu steeds meer bewonderende blikken. Joris voegt er graag nog wat weetjes aan toe. ‘In BeterGent wordt bijna alle landbouwgrond volgens agro-ecologische principes beheerd. Dat is twee miljoen hectare. Iemand een idee hoeveel CO2 we daarmee opvangen?’ hij wacht niet tot er een antwoord komt: ‘Twintig miljoen ton! Kijk als je rekening houdt met het opwarmingseffect van methaan kan de uitstoot van de methaanexplosie opgevangen worden met 2,2 miljard hectaren van dit soort bos. En tegelijk kunnen we daarmee makkelijk de wereldbevolking voeden.’ Mevrouw Gnima Diatta uit de Cassamance probeert te volgen. ‘Mijn beste man, dat is het volledige landbouwareaal van de hele wereld. Dat is toch onmogelijk?’ Nils laat een mysterieuze glimlach zien. ‘Alles is onmogelijk, tot het gerealiseerd wordt.’

***

De vijfduizend vrijwilligers die in BeterGent zijn ingezet leveren goed werk. De ‘Groene brigade’ is de officiële benaming van de ordedienst, al spreken sommigen smalend over de klimaatpolitie. De stadsvlucht in BeterGent is grotendeels gestopt, de wijkorganisatie staat op punt, draaiboeken voor allerhande calamiteiten zijn tot in detail uitgewerkt en grondig ingeoefend. De voorraden zijn aangevuld, de taken verdeeld. Britt krijgt een oproep om met haar team een kijkje te gaan nemen aan de regiogrens met Vlaanderland in Beveren.  Met een busje dat rijdt op houtgas is het groepje na een uurtje aan het grenspunt. Een enorme colonne van voertuigen staat er te wachten. Het zijn vooral campers, auto’s met caravans, maar ook een aantal pipowagens getrokken door paarden. Hij ziet zelfs een paar sleurhutten voortgetrokken door mensen. De vluchtelingen uit de naburige stadsregio vrezen dat het onmogelijk zal zijn thuis te overleven. De geruchten over de strakke organisatie en de grote voorraden in BeterGent werken als een magneet op deze groep. Ze willen hier een nieuw leven starten.

Arwe roept versterking op en stapt dan met Britt en de andere teamleden naar de voorste gelederen van de colonne. Enkele boeren uit BeterGent hebben de planken weggehaald die op de aangepaste veeroosters liggen. Voertuigen kunnen de barrière niet over.  Er is een verwoede discussie aan de gang tussen de Betergentse boeren en de vluchtelingen. Britt is als eerste aan de frontlinie. Ze ziet meteen dat een aantal vluchtelingen met stokken, ijzeren staven en kettingen klaar staan om met geweld de toegang te forceren. ‘Oke,’ roept ze ‘ik ben Britt Van Doncker, wij zijn van de Groene brigade. Ik kom om te luisteren naar wat jullie willen.’ ‘Laat ons door!’ roept een potige kerel. Geroep van zijn medevluchters stijgt op. ‘Met hoeveel zijn jullie?’ vraagt Britt aan een vrouw die er wat minder verhit uitziet. ‘Dat weet ik niet precies, maar de staart van de colonne zit aan de grens met Zwijndrecht. Ongetwijfeld enkele duizenden.’

Arwe verdeelt de taken. ‘We moeten in de eerste plaats het groepje heethoofden kalmeren en wat tijd winnen. Binnen een uurtje zijn we hier met enkele honderden van de Groene brigade. Britt, kan jij de noodcel verwittigen, zodat ze op zoek kunnen naar een mogelijke landingssite.’

Er zal die avond urenlang onderhandeld worden. Uiteindelijk zal de groep binnengelaten worden zodra alle wapens zijn afgegeven, en iedereen het huishoudelijk reglement van BeterGent heeft ondertekend. Huisdieren worden onverbiddelijk geweigerd. Het is al bijna middernacht als de colonne traag op gang komt. Ze zullen tijdelijk kunnen plaatsnemen op de vlakte van het oude vliegveld van Beervelde. Bij het doorzoeken van de voertuigen zal Britt een kleine hamster gewillig door de vingers zien. De vier cavia’s worden wel in beslag genomen. Ze gaan naar de eiwitreserve.

***

Op de algemene vergadering van Gencoop is de stemming opperbest. Lu presenteert er de resultaten van vier jaar hard werken. Het grootste succes hebben ze behaald met de aardappel. Het is gelukt een variëteit te ontwikkelen die behoorlijk aan de droogte kan weerstaan. De algemene vergadering stemt ermee in om de formule en de gebruikte techniek te delen met de tientallen andere Crispr-coöperaties die op alle continenten zijn opgestart. Deze aardappel die als naam de ‘Solanum BeterGensis’ krijgt zal de voedselproblematiek niet oplossen maar enkele tienduizenden gezinnen helpen om te overleven. Gezien de noodtoestand besluiten de coöperanten om nu vooral in te zetten of de superfotosynthese. Na de hoopvolle experimenten met de kastanjes moet onderzocht worden bij welke planten en bomen dezelfde behandeling zou kunnen werken. Het team van Lu zal versterkt worden om sneller resultaten te kunnen boeken. Na afloop spreekt Lu een bericht in voor Man. ‘we doen hier wat we kunnen’ zegt ze. Meer tijd heeft ze niet want de interregionale delegatie van de landbouwdeskundigen is net aangekomen.

***

Zoals elke dag de voorbije drie weken zit Apple naast het bed van Oni. Dankzij de gulle donaties van stadsgenoten kon Apple snel een zitje boeken op een van de zeldzame vluchten richting Nigeria. Apple vertelt zijn broer zijn hele levensverhaal, met alle details, alle gedachten en bedenkingen. Alleen de bewegende grafiek op de monitor bewijst dat Oni nog leeft. Zijn hart klopt nog, zijn organen werken, zij het met de hulp van een batterij machines. Apple vraagt niet meer aan de dokters of er nog iets aan te doen is. De klonter is nu wel verwijderd dankzij nanorobots die plastic etende bacteriën hebben aangebracht. Maar de schade is te groot. De dokter denkt niet dat Oni ooit nog beter zal worden. Terwijl Apple zo vrolijk mogelijk vertelt hoe Hope uitkijkt naar nog een broertje of zusje komen Abajomi en Kasali de kamer binnen. De hele familie komt er in stilte achteraan. Apple weet waarom. Het ziekenhuis kan niet langer de apparatuur inzetten om Oni kunstmatig in leven te houden. Er zijn andere mensen die nood hebben aan de schaarse medische zorg. Nu gaan ze echt afscheid moeten nemen. Met zijn drieën gaan ze rond Oni staan. Abajomi neemt zijn rechterhand, Kasali de linkerhand, Apple neemt het hoofd van zijn lievelingsbroer zacht in zijn handen. De tantes en ooms, neven en nichten, kinderen en kleinkinderen vormen een heilige kring rond het bed. De dokter prikt met een kleine naald in de bovenarm van het lichaam en duwt dan op de rode knop van de machine. Een immense stilte daalt neer als het gezoem en getik stilvalt. De ogen van Oni blijven dicht, maar toch, zal iedereen die erbij was blijven herhalen, op zijn gezicht verscheen een kleine glimlach.

5 reacties op ‘V.VI. de caravan-karavaan

  1. “De gemiddelde temperatuur in het Noordelijk halfrond is 14 500 jaar geleden in tien jaar tijd met maar liefst 16 graden gestegen.” Ik heb geprobeerd daar info over te vinden, maar het is me niet gelukt. Het verbaast me en zou er graag meer over weten.

    Like

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s