(Lees hier de start van het verhaal. Klik hier voor het personenregister)
Het kost me moeite om me aan te passen. Lu blijft zwijgzaam. Al krabbelen we langzaam weer uit de diepe krater geslagen door een vulkaan in Amerika. Het stof gaat langzaam liggen. Ik heb voorlopig genoeg gezien van de wereld. Mijn mama blijft geloven in de goede afloop. Nog een nieuwigheid: met een paar kilo spruiten naar het theater.
Vrijdag 18 maart 2044 – 383,26 ppm
‘Lang geleden, toen de druiven nog pitten hadden, wilden mensen een oplossing vinden voor de ontsnappende schapen. Je moet weten,’ Parvanah kijkt de groep kinderen rustig aan voor ze verder vertelt. ‘in de natuurgebieden leefden behoorlijk wat schapen en runderen. De mensen wilden niet dat die konden ontsnappen naar de weides en graanvelden in de buurt. Slim als hij was, bedacht de mens een oplossing; het veerooster. Een rij metalen staven op twee betonnen balken boven een ondiepe put. De ruwe staven zijn zo geplaatst dat de hoeven er net door kunnen zakken. Uit camerabeelden blijkt dat het werkt. De koeien of schapen leren snel om zich niet over het rooster te wagen, want dan komen ze vast te zitten met hun poten.’ ‘Ai,’ zegt een jongentje van een jaar of vier ‘dat zal pijn doen.’ ‘Inderdaad’ knikt Parvanah. ‘Een aantal jaren later merkt een boer plots op dat enkele schapen erin gelukt zijn het rooster over te steken. Dat is vreemd. Dus installeert hij een nachtcamera om te zien hoe dat kan. Als hij een paar dagen later de beelden bekijkt valt hij bijna van zijn stoel. De schapen gaan liggen voor het rooster en rollen er dan gewoon over!’ Enkele kinderen maken rollende bewegingen over de vloer om dit te illustreren. ‘Het bijzondere is dat niet veel later uit vele plekken in het land berichten komen van schapen die over de roosters rollen. Meer nog, overal in de wereld zijn er plots rollende schapen! In een paar maanden tijd hebben de dieren elkaar geleerd hoe ze de barrière kunnen overwinnen.’ Parvanah laat even een stilte. ‘Hoe kan dat? Ze kunnen toch geen brief schrijven naar elkaar?’ De kindjes lachen en roepen van nee. ‘Ze kunnen toch geen berichtje sturen naar elkaar?’ Opnieuw nee uit de vele kindermonden. ‘En toch, omdat een schaap de oplossing had gevonden, wisten alle andere schapen dat plots ook.’
‘Zo, dank je wel voor dit mooie verhaal, Parvanah’ zegt Ignas, die de begeleider is van deze groep. ‘Daar zullen we later zeker nog eens op terugkomen. Jullie kunnen nu gaan spelen of werken’. De veertien kinderen tussen drie en zeven jaar staan recht. Enkele gaan naar de moestuin kijken, een paar gaan naar binnen om te werken achter een computer. Bente, een van de oudere meisjes, ontfermt zich over nieuwkomer Timo. Parvanah ziet met haar eigen ogen de vruchten van de grondige hervormingen in het onderwijssysteem van BeterGent. Ignas legt het graag nog eens uit. ‘Kijk, uiteindelijk hebben de kinderen zelf de verantwoordelijkheid voor wat ze leren. Ook in de lagere school. De meeste vakken zijn in modules opgedeeld, leerlingen van verschillende leeftijden zitten door elkaar. Wie een vraag heeft, stelt die eerst aan de leeftijdsgenoten.’ Parvanah knikt. ‘Dus de rol van leerling en de rol van leerkracht zijn inwisselbaar?’ ‘Juist, en we zien dat dit ook prima werkt voor kinderen met autisme of leerbeperkingen. Wekelijks is er een klasgesprek, vaak door een leerling gemodereerd. En elke week heeft elke leerling een individueel gesprek met de leerkracht. Op vrijdag middag komt de hele school samen, ook de ouders zijn dan welkom. Er is geen vaste agenda, wie wil kan de microfoon nemen en een verhaal vertellen, iemand bedanken, iets tonen of iets delen’ Parvanah staat nu recht van de houten bank onder de oude beuk midden de groene speelplaats. Ze begint al te denken dat Ignas het hele onderwijsprogramma uit de doeken wil doen. ‘Zoals je ziet’ zegt Ignas, ‘heel wat activiteiten gaan door in openlucht. Ondanks de zeer grote diversiteit is de samenhang tussen de kinderen groot.’ Als ouder was Parvanah zelf betrokken bij de vernieuwingen. Scholen hebben maximum 200 leerlingen. De belangrijkste leerdoelen zijn rationeel medeleven, zelfstandig redeneren, natuurervaring en samenwerking. Daarvoor wordt vaak met allerlei spelvormen gewerkt. ‘Sorry Ignas, maar ik moet vertrekken. Bedankt voor het mooie werk dat je doet. Ik ben er nu wel gerust in, deze generatie wordt opgevoed voor een nieuwe wereld.’ Ze zoenen elkaar bij het afscheid op de wang – tongzoenen met vreemden zal nooit doorbreken.
***
Het systeem van de rantsoenering werkt naar behoren. Er zijn in BeterGent zelf geen signalen van honger. De meerderheid van de mensen houdt zich aan de regels. De voorraden zijn voldoende om het nog een jaartje vol te houden. De voedselsituatie binnen de enclave Sint-Martens-Latem is echter precair. De winkels zijn er geplunderd, wie niet meedeed aan de plunderingen loopt het risico op ondervoeding. In een grote villa honger leiden is even pijnlijk als in een barak. De stadsraad van BeterGent besluit om een hulpprogramma op te zetten. Ploegen van vrijwilligers gaan van huis tot huis om de behoeften in kaart te brengen. Ongeveer een derde van de gezinnen zal om de twee weken een voedselpakket ontvangen.
Er komen heel wat vragen binnen vanuit andere stadregio’s waar tekorten zijn. Het is echter onmogelijk om daarop in te gaan. Langs de grenzen van BeterGent worden meer bedelaars gesignaleerd, de vroegere consubendes hebben het nu vooral op eten gemunt. Voor het eerst in zijn jonge geschiedenis overweegt de stadsraad om de grenzen te gaan bewaken. Er zijn nog behoorlijk wat vrijwilligers bereid om in de naburige regio’s alle mogelijke kennis te delen rond voedselproductie met minder zonlicht. Maar het is onmogelijk om iedereen te helpen. Achteraf zal duidelijk worden dat de zomer zonder zomer tientallen miljoenen mensen op de rand van de hongerdood heeft gebracht. De spanningen neemt toe, een aantal cruciale voorraden worden nu bewaakt. Iedereen hoopt dat het komende landbouwseizoen min of meer normaal zal verlopen. Anders zullend de mieren alsnog opgeofferd moeten worden. En dat is nog het minste.
***
Het ongeluk in Groenland is al meer dan zeven maanden geleden. Lu spreekt nog steeds niet. We proberen alle mogelijkheden. Groepstherapie, gesprekstherapie, lichaamswerk, geleide meditaties en rouwtherapie. Het heeft allemaal geen effect op Lu. Het lijkt alsof ze nog steeds schuilt voor een sneeuwstorm. Al haar zintuigen afgesloten.
We wonen nu samen in het huisje van Bart. Britt is bij haar tante Ellen ingetrokken. Haar unit in de cohousing is een herinneringsplek voor Odette, Roger en Mare geworden. Overal hangen foto’s, overal branden kaarsjes.
Lu en ik wonen met Bart tussen de boeken en documenten. Ik ben veel buitenshuis om zwaar fysiek werk te doen op het veld. Overal waar spierkracht nodig is bied ik me aan. De pijn die ik voel in mijn vermoeide lijf doet me de andere pijn vergeten. Bart maakt elke dag een wandeling en spendeert uren achter zijn bureau in onze living, op de plek waar ik als kind ooit ademloos naar hem luisterde. Bart heeft leren leven met zijn longziekte. Hij beweegt zich traag en behoedzaam. Hij kreeg van de vrienden en de familie een elektrische bamboefiets voor wat langere tochten.
Lu slaapt veel. Als ze wakker is maakt ze zwijgend tekeningen. Steeds opnieuw dezelfde tekening. Tientallen keren per dag. Met grove potloodstrepen, op elk stukje papier dat ze te pakken kan krijgen. Steeds eenzelfde tafereel. Een vage figuur te midden van een wervelwind van stof. Lu eet steeds haar bord leeg, ze wast zich keurig elke morgen en gaat mee met me wandelen als ik het haar vraag. Maar spreken doet ze niet.
***
Toen het nieuws van de dood van Mare Mutele bereikte sloeg de twijfel toe bij John. Moest hij ingaan op de volgende missie die hem werd aangeboden? Het begeleiden van de herstructurering van de gezondheidszorg in La Paz? Yoko is helemaal klaar om dit nieuwe avontuur te beginnen maar wil dit grondig bespreken met haar partner. ‘Ik heb nog een zoon.’ zegt John in de schommelstoel voor hun huisje. ‘Wie weet heeft hij me nodig.’ Yoko wacht zwijgend, ze heeft geleerd John tijd te geven. Ze kijkt naar de sterren. ‘Natuurlijk, de mensen in La Paz hebben me ook nodig. Ik weet het niet.’ Na nog een paar minuten wachten zegt Yoko zachtjes: ‘Waar ben je bang voor John?’ De tweepersoons schommelt piept een beetje. ‘Ik zou eens wat olie moeten nemen.’ John maakt aanstalten om recht te staan. Hij voelt de druk van de warme hand van Yoko op zijn dij. Hij realiseert zich dat ze hem een vraag stelde. ‘Ik ben bang de verkeerde keuze te maken. Ik wil me nuttig maken voor anderen. Ik wil meer contact met mijn zoon.’ Yoko glimlacht. ‘Dat zijn toch geen twee tegengestelde zaken. In BeterGent zijn er vast ook mensen die jouw hulp kunnen gebruiken.’ Yoko weet nu al welke keuze haar vriend zal maken. Hij hoeft het niet te zeggen. John wijst naar boven. ‘Is dat een vallende ster? Of een ruimtetuig?’ ‘Ik denk dat het een vallende Starling-satelliet is. Die vallen tegenwoordig met bosjes tegelijk.’ Een week later zullen Yoko en John de terugtocht naar huis organiseren.
***
In deze donkere maanden bloeit het culturele leven als nooit tevoren. De invoering van het basisinkomen had al een eerste impuls gegeven. In die periode ontstaan ontelbare muziekgroepen, theatergezelschappen, kunstgalerijen en dichtsalons. De recente koppeling van het klimaatbudget aan de Draken zorgt voor een nieuwe golf creativiteit. Het bijwonen van een concert of voorstelling heeft namelijk een zeer kleine klimaatvoetafdruk en is dus bijzonder goedkoop geworden. De prestigieuze praktijk van internationale tournees is al twintig jaar geleden opgegeven. Maar wie een tournee plant in BeterGent kan makkelijk zestig voorstelling voor volle zalen uitverkopen. In alle uithoeken van de regio zijn zaaltjes en podia. Interregionale voorstellingen vullen het aanbod aan. Les Ballets C. de la B. zijn acht maanden per jaar op tocht, met een stoet van huifkarren trekken ze Europa rond. Zij spelen wel in Noord-Spanje of voormalig Kroatië. Af en toe strijkt een gezelschap uit Portugal of Duitsland voor een tijdje neer in BeterGent. Dat zijn steeds hoogdagen voor de vele cultuurfans in de regio.
Natuurlijk, deze uitbarsting van creativiteit heeft ook een schaduwzijde. Het aantal dichters is niet meer bij te houden. Wel elke avond stelt een dichter zijn nieuwe bundel voor in een of ander café. Nogal wat deur aan deur verkopers doen de ronde met hun eigen schrijfsels. Misschien moet daar toch eens paal en perk aan gesteld worden.
Samen met de nieuwe voedselsituatie is ook een nieuw concept ontstaan met de naam ‘Art for Food’. Hoe werkt het? Je kan naar een voorstelling gaan kijken in ruil voor een voedselpakket. Op voorhand wordt een prijslijst samengesteld: voor de beste plaatsen (parterre) gaat het over 4 kilogram rijst of graan of 600 gram eiwitten. Voor de minder goede plaatsen volstaat het twee kilogram verse groenten of fruit mee te brengen.
Op een avond fiets ik naar het Sint-Baafsplein met een kilogram courgettes, twee grote pompoenen en twee potjes confituur van bosaardbeien. Voor de ingang staan verschillende grote tenten waar je de voeding kan afgeven in ruil voor een ticket. Het is wel even aanschuiven en hier en daar ontstaat discussie. Bijvoorbeeld de dame die vindt dat ze recht heeft op een verhoging van rang omdat haar prei buitengewoon lekker is. De toeloop is in elk geval enorm en de zaal zit helemaal vol – en ruikt een beetje naar de boerenmarkt.
Met de binnengeleverde voedingsmiddelen hebben alle medewerkers én acteurs een weekpakket kunnen uitkiezen. De overschotten, in dit geval een paar kruiwagens ajuinen, worden ter beschikking gesteld van de voedselkomitees. Er komt vanaf nu wekelijks minstens 1 ‘Art for Food’ voorstelling bij het Nieuw Toneel Gent, en er is heel wat interesse in het concept vanuit andere hoeken. Het Smak overweegt een ‘boter bij de vis’ tentoonstelling en in de Bibliotheek kan je de uitleentermijn van een boek binnenkort verlengen met bewaarwortelen.