Ik was deze week op een studiedag van de Vreg over ‘disclosure’, een moeilijk woord voor ‘stroometikettering’, of gewoon hoe kan je weten waar je stroom vandaan komt en hoe groen die is. Behalve dat het heel ingewikkeld is heb ik nog wat interessante dingen geleerd. Zo maakt de Vreg elk jaar een rapport met de brandstofmix van onze groene stroom. Je kan hier het meest recente rapport vinden. Zo blijkt dat in 2013, 27 % van onze groene stroom uit Noorwegen komt, en 15% uit Ijsland. Nu moet je weten dat er GEEN connectie is tussen het Ijslandse elektriciteitsnet en het vasteland en dit fysiek dus onmogelijk is. Wat iemand de schampere opmerking ontlokte, die stroom komt met de stroomboot.
Het voorbeeld toont duidelijk aan dat het systeem van ‘garanties van oorsprong (GVO)’ een paar vreemde neveneffecten heeft. De bedoeling is om ervoor te zorgen dat een kWh groene stroom geen twee keer verkocht wordt (en daarin slaagt het systeem), maar omdat de GVO zo goedkoop is kan iemand met een vervuilende centrale in ons land goedkope GVO’s kopen uit pakweg Noorwegen en aan de klant zeggen dat hij groene stroom koopt. Een praktijk die Greenpeace al een tijd aan de kaak stelt. Daarbij komt dat het hele GVO systeem geen impuls blijkt te geven aan de ontwikkeling van meer groene stroomproductie.
Wat ik nog geleerd heb; naast de effectieve productie en consumptie van stroom is er ook een hele markt van traders die GVO’s kopen en verkopen, en toekomstige stroom (futures) verhandelen op de beursvloer. Omdat dit ‘traden’ om een of andere reden in ons land gratis is, blijken we een land te zijn waar veel van dat soort transacties zijn. Daardoor blijken we een grote uitvoerder te zijn van waterkracht stroom (die we niet hebben dus). Het doet een beetje denken aan de financiële markten die los van de reële economie een eigen handeltje opzetten.
Het goede nieuws is wel dat de Vreg het in de toekomst mogelijk wil maken dat je kan zien op je factuur van waar de stroom komt, en op welke wijze die wordt geproduceerd. Dan zou je kunnen kiezen voor Belgische stroom van pakweg wind of zon. (Op dit moment kan je enkel zien of je energie groen is of niet via deze groenchecq) Maar verder had ik vooral de indruk dat hier een gigantisch systeem is opgezet dat vooral de grote marktspelers ten goede komt en het moeilijk maakt voor de consument om echt duurzaam te kiezen. Er is ook gepleit voor een label dat die keuze makkelijker moet maken, zoals dit van Ekoenergy.
Een ingewikkelde kwestie, dat is zeker, waar de politiek verantwoordelijken toch ook eens moeten nadenken wat de prioriteit is. Marktopportuniteiten creëren voor grote spelers of echt de transitie inzetten naar hernieuwbare energie. In afwachting kunnen we als consument maar best kiezen voor de coöperatieve lokale producenten zoals Ecopower, Beauvent, Wase Wind en Energent.
Een reactie op “zie ginds komt de stroomboot”