de volgende generaties


Het is bijna aandoenlijk om te horen hoe plots iedereen het heeft over de toekomstige generaties. We moeten meer besparen, harder werken, minder verdienen, langer werken en dat allemaal voor onze kinderen en kleinkinderen. Al tientallen jaren komen er signalen dat we onze ecologische voetafdruk moeten verkleinen omwille van de komende generaties, maar geen kat – laat staan een politicus – die deze oproep ernstig neemt.

Maar nu het gaat over de pensioenen worden de nog te verwachten baby’s als argument opgetrommeld. Ik ontken niet dat er een ‘pensioenprobleem’ is en kan de aandacht voor wie na ons komt wel toejuichen, maar wat me droevig maakt is dat men blijft kiezen voor de remedies die net het probleem veroorzaakt hebben. We hebben nu een pensioen- en schuldprobleem door decennia lang in te zetten op groei, competitie, harder werken en meer consumeren. Door meer van hetzelfde te doen maken we de rekening voor de toekomstige generaties alleen groter.

gasboeteTegelijk zullen vandaag dezelfde politici die zo hartstochtelijk pleiten voor de volgende generaties de huidige generatie jongeren nog wat meer de duimschroeven aandraaien. Dit door het verhogen van de GAS-boetes en het verlagen van de leeftijd waarop ze worden toegekend.

Onze samenleving slaagt er niet in jongeren een aantrekkelijk perspectief te bieden wat betreft eerlijke kansen op werk en een leefbare planeet. Onze samenleving  kiest voor een economisch model gericht op korte termijn behoeftebevrediging en consumptie maar weet niet hoe om te gaan met kinderen en jongeren die lastig doen. Dus moet er meer en harder bestraft worden. Zelfs als daarmee de scheiding tussen de wetgevende en rechterlijke macht wordt geschonden en ambtenaren bijna willekeurig boetes kunnen uitdelen zonder proces of beroepsmogelijkheden.

Terwijl bijna 25% van de jongeren geen job kan vinden vragen aan de werkenden om meer en langer te werken verkleint de beperkte kansen van wie instroomt op de arbeidsmarkt. Een boete van 250 euro geven aan een kerel die een blikje op straat werpt en de volgende generatie opzadelen met een gigantische klimaatfactuur kan misschien de perceptie van ‘flink bestuur’ ten goede komen. Maar we zetten er geen stap mee vooruit, integendeel.

6 reacties op ‘de volgende generaties

  1. Begrijp je, beste Steven, dat ik als mama en pleegmama van jonge kinderen én strijdbare vrouw voor een rechtvaardige en leefbare wereld voor elk kind er soms echt moedeloos van word?
    Maar toch zal ik er blijven voor vechten…

    Like

  2. Gisteren was er een reportage bij Canvas van Panorama “Het grijze goud”, omtrent langer werken en de vergelijking met Zweden en Denemarken.
    Blijkbaar werkt langer werken daar wel.
    Aan de ene kant krijg je zingeving uit je werk, aan de andere kant krijg ik het benauwd als ik er aan denk dat we (en onze kinderen) tot ons 70-ste of zelfs langer zullen moeten gaan werken.
    Aan de ene kant denken mijn man en ik eraan onze eigen zaak stop te zetten (de uren die we kloppen zijn niet gezond meer en de stress die een eigen zaak met zich meebrengt is helemaal rampzalig), aan de andere kant hebben we nu wel een bepaalde financiële ruimte die we dan zullen moeten opgeven.
    We snakken naar meer stilte, natuur, warm menselijk contact, tevredenheid, vrije tijd … maar we hebben zo’n schrik om financieel in de problemen te geraken. Hard werken en sparen, zijn ons met de paplepel in gegeven.
    We vinden het een enorm moeilijke oefening, de juiste balans te vinden tussen werk, gezin, vrije tijd, financiële gemoedsrust. Daar bovenop komen altijd maar weer die negatieve berichtgeving en toekomstbeelden (economisch, ecologisch, oorlogen, …) . Hoe kan je je daar als normale mens nog tegen wapenen en vrolijk door het leven gaan?

    Like

    1. Martine, wat jij beschrijft geldt voor grote delen van de bevolking. We zijn met zijn allen vergeten wat dat is: verliezen, verminderen, mislukken, de dood, een handicap. De laatste veertig jaar telde alleen de vooruitgang, en al het lelijke moest ervoor wijken of kwam (en komt nog steeds) bij de onderkant van de samenleving terecht. De angst voor het financiële komt vooral voort uit twee dingen. Ten eerste begrijpt men eigenlijk de werking van geld en de banken niet zo goed, dus heeft men angst voor wat men niet kan ‘vatten’. Ten tweede heeft men aan geld een functie toegekend dat het eigenlijk helemaal niet heeft, namelijk de ‘afkoopbaarheid’ van onheil en afhankelijkheid. En dat komt dan weer omdat we vertrekken van het idee van onafhankelijkheid als wapen tegen de onzekerheid en het ‘vernederende’ van afhankelijkheid. Maar we zijn natuurlijk afhankelijk van elkaar! En om dat (even)waardig te kunnen laten bestaan, moeten we de ‘inter-afhankelijkheid’ omarmen en inoefenen. Ik investeer bewust in sociaal, cultureel en emotioneel kapitaal en niet alleen in intellectueel en financieel kapitaal, twee grondstoffen van ons huidig economisch (dominant) denken. Want wat is geld waard als we straks geen brandstoffen meer hebben, of drinkwater tekorten of klimaatvluchtelingen?
      We hebben veel geld nodig om ons circus draaiende te houden, maar moeten we net die mallemolen nog sneller, nog verder laten draaien? Of kunnen we onszelf anders gaan organiseren?
      Dit zijn prachtige tijden voor verandering. Alles staat op losse schroeven, dus tijd voor echte verandering. En dan bedoel ik dat niet op een extreme, ietwat puberale manier 😉
      Maar wel heel pragmatisch, bijvoorbeeld als ondernemer. Is het nodig dat we ‘altijd doordoen en alles zelf’ doen. Zou het kunnen dat uw bedrijf de kiem in zich draagt voor een coöperatieve, collaboratieve onderneming? Zou het kunnen dat uw onderneming zich kan tonen als een plek waar talenten meerwaarde kunnen creëren? Ben je een ondernemer om louter in een uw inkomen te voorzien, of kan je doorgroeien tot een onderneming die ook los van de ondernemer verder kan bestaan?
      Er zijn zoveel ‘aannames’ waarvan we automatisch uitgaan dat ze waar zijn, dat ze juist zijn, dat ze onveranderlijk zijn. Maar dat zijn ze niet. De ondernemers hebben een bijzondere rol te spelen in de transitie naar die ‘duurzame wereld’ en dan bedoel ik niet de grote multinationals, maar vooral de KMO’s waar Vlaanderen zo rijk aan is…
      Misschien moet je Steven of mij of iemand anders eens vragen om de oefening te doen en daarmee te werken aan een constructief en positief verhaal voor de toekomst van het bedrijf, jezelf en de wereld rondom?

      Like

  3. Lucie,
    Ik bewonder jouw constructieve manier van denken. Het feit dat je er niet alleen voor staat is inderdaad ook iets wat we meer en meer terug moeten leren. Zeker als zelfstandige heb je vaak het gevoel dat je geen deel uitmaakt van een team, maar dat je overal goed in moet zijn (boekhouding en fiscaliteit, ict, wetgeving omtrent je handelszaak, marketing, kennis en vaardigheden, mensenkennis, …).
    Bij ons wringt er echter meer : We zitten in de financiële sector (bank- en verzekeringen). Wij hebben dit steeds ingevuld als een dienstverlenende sector, voor iedereen (ook en met voorkeur voor anderstaligen, armen, laag opgeleide mensen, enz…), met respect en in alle eerlijkheid. Mijn man en ik werken samen in deze zaak en we zijn ons er zeer van bewust dat geld niet alles is, dat we ook tijd willen overhouden voor ons gezin (met 2 kinderen, waarvan 1 met een zware meervoudige handicap). Spijtig genoeg worden wij onder druk gezet om steeds meer te groeien. Indien je onvoldoende zaken doet, verlies je je bankagentuur of kan je niet meer concurreren omdat de verzekeringsmaatschappijen andere tarieven gebruiken voor grote en kleine makelaars. Kleine bankagentschappen en verzekeringskantoren zijn gedoemd te verdwijnen. We zijn er nochtans van overtuigd dat kantoren als de onze een grote menselijke meerwaarde vormen in de maatschappij. Het persoonlijke contact (sommige mensen zijn soms zo eenzaam dat ze echt blij dat ze bij ons kunnen binnen komen voor een babbeltje, een koffie of een snoepje, voor veel mensen is de materie van bank en verzekeringen echt te ingewikkeld om het allemaal maar zelf per internetbankieren te moeten doen, sommige mensen kunnen zich zeer moeilijk verplaatsen en daar bieden onze huisbezoeken een oplossing, enzovoort.) geeft ons voldoening en maakt voor ons dit beroep zinvol.
    Maar toch … de financiële wereld waarin wij vertoeven is niet helemaal ons biotoop. Wij voelen ons niet op ons gemak tussen de vele mensen waarvoor financiën, de beurs, economische groei heilig makend is.
    Je kan dit wel een tijd volhouden (in onze situatie al 20 jaar), maar het wringt steeds meer en meer.

    Like

    1. Dan is er goed nieuws! Onlangs was ik te gast bij P&V , wat eigenlijk een coöperatie is, en daar is het licht ook gaan branden… Dat is natuurlijk een langzaam proces in zo’n organisatie. Maar er is ook NewB, de nieuwe coöperatieve bank in wording. Er zal in de toekomst, bij het tot stand komen van die nieuwe economie, juist heel veel nood zijn aan jullie vaardigheden en kennis! Het is juist dat ‘schaalvergroting’ aan de orde van de dag is. En in sommige gevallen is dat ook juist. Maar vaak gaat efficiëntie verbetering gepaard met verlies aan veerkracht. Heel efficiënte organisaties zijn niet duurzaam omdat ze veerkracht te kort komen (lean principe) en omgekeerd komen heel veerkrachtige organisaties in de problemen omdat ze onvoldoende aan efficiëntie werken. Duurzaamheid is dus de optimale combinatie van die twee.
      Dit gezegd zijnde, er zijn wel meer agentschappen in uw geval. Het zou goed zijn om zoiets als een ‘inkoopgroep’ te vormen, een coöperatief netwerk zo je wil. Veel ondernemers zoals jullie zijn heel goed in wat je doet, het inhoudelijke , maar veel minder gevormd in het ondernemerschap zelf. Eigenlijk is het ondernemerschap eerder een statuut en een gevolg van het soort activiteit die ontplooit wordt. Nu is de tijd gekomen om het eigen ondernemerschap onder de loep te nemen. Net is uw sector zijn meerdere antwoorden mogelijk op de uitdagingen die zich voordoen. Maar daarvoor moeten eerst medestanders gevonden worden. En anderzijds moet er expertise binnen gebracht worden omtrent ‘andere vormen van ondernemen’, bijvoorbeeld via het steunpunt innovatie, of via de sociale innovatiefabriek. Het is dus niet alleen een theoretische oefening, maar een heel concrete piste die kan uitgewerkt worden. Na 20 jaar zou het moeten mogelijk zijn om even stil te staan en te werken aan een middellange termijn perspectief en niet louter uit te gaan van ‘behoud of verlies van business as usual’.
      Ik hoop van ganser harte dat jullie niet de handdoek in de ring gooien, maar dat jullie een nieuwe ronde willen spelen in het gevecht voor een leefbare wereld voor onze kinderen en kleinkinderen…

      Like

  4. Geachte,
    Men voert nu overal gasboetes in. Maar het gaat over plasproblemen bij oudere mensen. Waar kan men gratis gaan plassen hier in Vlaanderen?
    Ik heb in mijn jonge jaren veel gewandeld in Engeland daar had ieder dorp een gratis openbare en proper wc. Hier is men verplicht te wildplassen omdat er niets is.
    Pieter

    Like

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s