Net als de andere nieuwe leden van de raad van bestuur van Ivago was ik deze morgen uitgenodigd op de bedrijfsrondleiding. Ivago staat voor ‘Intergemeentelijke Vereniging voor Afvalbeheer in Gent en Omstreken’ en verzamelt jaarlijks zo’n 160 000 ton afval. Het ophalen en verwerken van dit afval kost zo’n 1 miljoen euro per week. Of anders uitgedrukt 195 euro per inwoner per jaar.
Twee derden van de kosten worden gedragen door de stad Gent, verder zijn er inkomsten van enkele andere aansloten gemeentes, Fostplus, de verkoop van huisvuilzakken (3,7 miljoen), opbrengsten van bedrijfsafval, energierecuperatie en verkoop van een aantal reststromen (zoals papier en metaal). Ivago heeft zo’n 400 werknemers, waarvan er honderd dagelijks de straat op gaan om zwerfvuil te verwijderen en straten en pleinen schoon te houden.
Veel cijfers om te zeggen dat iedereen die een peuk op straat gooit, of achterloos zijn blikje in een parkje gooit mee de kosten opdrijft. Idem voor wie de moeite niet doen om het afval te sorteren.
Het afval verhaal is al even complex als het energieverhaal en daarom is er geen eensgezindheid om de afvalberg te bedwingen. Sommigen leggen alle schuld bij de producten van het verpakkingsmateriaal, maar is het de schuld van Coca-cola als een consument zijn pet-flesje op de grond gooit? Sommigen vinden dat er te weinig vuilniskorven zijn, maar uit studies blijkt dat teveel van de bakken ervoor zorgt dat mensen er hun huisvuil in gaan kieperen en dus niet meer bijdragen aan de kosten. Anderen vinden dat vuilniszakken gratis moeten zijn, en dat mensen dan minder zullen sluikstorten, maar hoe zit het dan met het principe van de ‘vervuiler betaalt’? Dat de overheid ook een grote rol speelt is duidelijk, waarom hebben we hier geen statiegeldsysteem op blikjes en petflessen zoals wel het geval is in Zweden. Of waarom hebben we geen totaalverbod op plastic zakjes zoals ondertussen al vijf jaar met succes het geval is in Rwanda?
En dan is ook hier de vraag wat de rol van de stad in zo’n hele problematiek is, rekening houdende met vooral Vlaamse en Europese wetgeving. Volgende week hebben we de volgende raad van bestuur van Ivago. Ik ben benieuwd of het zal lukken om daar wat Low Impact principes te introduceren.
Statiegeld op afval zou volgens mij wel een grote stimulans kunnen betekenen. Enkele eurocenten ofwel een andere vorm van beloning zoals LETS.
LikeLike
Je ziet mensen letterlijk knoeien met sorteren van huishoudelijk afval. Het lijkt voor bepaalde populaties van de bevolking ook niet duidelijk hoe te sorteren. Het wordt hen toch wel moeilijk gemaakt bv yoghurtpotje niet in PMD . Lijkt allemaal logisch maar voor groot deel van de bevolking niet, want men zou eerst de PMD-folder van Fostplus raadplegen. Op de producten toch niet zo’n duidelijke indicaties. Ik pleit voor een degelijk sorteerlabel of afvaltips zoals ik laatst zag op een bokaal -> papieromhulsel bij papier, glas in de glascontainer
LikeLike
Ik ben al lang vragende partij naar huisvuilzakken van 15 liter, maar die mogen momenteel alleen worden gebruikt voor appartementen. 30 liter is véééél te groot, duurt weken vooraleer dat vol is.
LikeLike
In Duitsland is er al meerdere jaren een regeling voor statiegeld op plasticflessen en blikjes. Waarom kan dat hier niet (en bij uitbreiding ook op bric)? Als je afval een geldwaarde geeft, zullen er dadelijk heel wat mensen zich geroepen voelen om het te verzamelen, en nog veel meer om het niet weg te gooien. Dan ligt dat toch al niet meer rond op het openbaar domein. En voor de rest vermoed ik inderdaad dat het een heel complex probleem is waarbij heel wat actoren betrokken zijn (producent-consument-overheid). Logisch dat dus ook iedereen zijn verantwoordelijkheid moet nemen!
LikeLike
Dat is al diverse malen voorgesteld – o.a. door Groen – maar wordt steeds door de ‘traditionele partijen’ tegen gehouden (al zal het Vlaams Belang en NVA er vermoed ik ook wel tegen zijn).
LikeLike
dag steven, iets anders maar gerelateerd: het zou wel goed zijn dat iemand als jij eens het probleem van slecht beheer van containerparken in Gent opwerpt. Gezien wij aan het verbouwen zijn moeten we meer dan anders daar passeren, en ik ben er telkens ziek van wat ik daar allemaal zie, gewoon degoutant. Werkelijk bijna alles wordt bij Brandbaar gegooid, van zakken waar alles door mekaar in zit tot perfect in orde voorwerpen toe. De opzichters grijpen bijna nooit in maar staan erop te kijken, erger nog, als je vraagt waar iets hoort is dat bijna altijd Brandbaar. Dat bv een hoop oude PVC-latten niet bij Harde plastic maar bij Brandbaar horen, vind ik toch vreemd. Oude glaswolmatten horen daar zogezegd ook in, terwijl iedereen weet dat dit materiaal niet brandbaar is…waardoor het uiteindelijk op een stortplaats verdwijnt
En vooral aan de gigantische hoeveelheden nog bruikbare materialen die worden weggegooid, stoor ik mij enorm. Overlaatst gooide een man een bestelwagen vol met lakens en deken bij Brandbaar, in perfecte staat en mooi gewassen en geplooid. Pijnlijk.
Waarom staat er niet gewoon een container van de Kringloopwinkel op het containerpark, en bekijken de toezichters vooraf alle materiaal zodat goede spullen daar ook werkelijk in terecht komen?
Hopelijk komt hier beterschap in, want dit kan toch echt niet vind ik.
LikeLike
Buiten het drietal: consument/producent/overheid is er nog een belangrijke factor die meespeelt: de afvalverwerkende bedrijven. Papier, metaal, hout, plastiek, compost, mest, glas, grond, beton/stenen, asfalt, water, elektro,… allemaal zaken die verschillende keren moeten getransporteerd worden, gesorteerd worden,… voor het in het beste geval een nieuwe bestemming krijgt.
Dus als er iemand ideeën oppert om de klassieke procedure van: wegsmijten, verwerken, eventueel opnieuw gebruiken te wijzigen dan zullen er toch wel een aantal instanties aandachtig meekijken en eventueel het nodige lobbywerk verrichten zodanig dat dit niet in hun nadeel speelt.
Om te nuanceren wil ik er ook wel bijzeggen dat dit een sector is die ook voor redelijk wat werkgelegenheid zorgt.
Het recyclagepark in de gemeente is in feite maar een klein schakeltje in de grote afvalmolen.
LikeLike
Er zijn wettelijke, economische en praktische bezwaren die maken dat containerparken werken zoals ze dat doen.
1. voor veel materialen is er geen ‘markt’, dwz geen verwerkende bedrijven. Die worden verbrand en/of gestort. Ook de temperatuur van de oven speelt een rol. Soms is het nodig hoog brandbare zaken te verbranden om de oven op temperatuur te houden.
2. ‘multilayer’ materialen zijn heel moeilijk te recycleren, zelfs in een downcycling proces. Dus brik of laminaat zijn ‘verschrikkelijke’ materialen in de afvalfase.
3. de meeste recyclageprocessen zijn vormen van ‘spreiding’, waarbij afval gemengd worden met andere materialen en dus terecht komen in het milieu als ‘inferieur’ materiaal, gespreid over grote oppervlaktes.
4. een containerpark is wettelijk gezien een afvalplaats. Dat betekent dat de eigenaar afstand doet van het eigenaarschap van de goederen en materialen en dat het containerpark/afvalbedrijf eigenaar wordt. Om gesjoemel en ‘handeltjes’ te vermijden (zowel van medewerkers als van burgers) is het dus niet toegestaan dingen van het containerpark mee te nemen. Het is de verantwoordelijkheid van de burger om bruikbare goederen niet aan het containerpark aan te bieden maar aan een kringloopwinkel of een goed doel.
5. Door de hoeveelheden die verwerkt moeten worden, en door de vele, vaak minderwaardige soorten afval, is het niet mogelijk om zeer ‘genuanceerd’ te zijn. Het verminderen van de soorten en vooral het verbieden van bepaalde materialen zou meer helpen dan het sorteren te verbeteren.
6. Sorteren en reclyceren zijn ‘end of pipe’ verhalen: aan het einde van de levenscyclus. Hergebruik verlengt de levenscyclus. Maar het blijft een ‘wieg tot graf’ benadering. In de design van goederen en materialen het cradle to cradle principe toepassen zou al een grote hulp zijn.
7. De meeste recycling processen vragen heel wat bijkomende energie en milieu-impact. Ook economisch zijn sommige afvalstromen niet goed beheersbaar. Dus recycleren is niet per definitie ‘goed voor milieu en portemonnee’.
8. Vooral bouwen en verbouwen hebben een grote milieu impact, ook al omdat mensen niet stil staan bij de afvalfase van de materialen die ze kiezen. Dus is het belangrijk na te gaan in welke mate de verbouwer bijdraagt tot de toekomstige ‘onverwerkbare’ afvalberg die een gebouw nu vaak is. Laminaat, rotswoldekens, een heleboel soorten behang en vloeren, douches en andere badkamermaterialen: allemaal multilayer en dus moeilijk of niet te verwerken. En er bestaan meestal alternatieven. Maar hoeveel laat je je leiden door estethiek en verwachtingen van anderen?
9. Het indirect energieverbruik van een gebouw (dus energie in de productie, vervoer, plaatsing, afbraak en afval van materialen en installaties) is enorm. Ook daarin kan je heel goed ‘andere’ keuzes maken. Door hergebruik van materialen van het bestaande gebouw, maar ook door lokale materialen (en dus geen alu ramen tenzij 100% van bestaande alu gemaakt) en minder bewerkte materialen en onderdelen. Het zal misschien gek klinken maar gebruik van sommige plastics kan zeer duurzaam zijn in het geval van een C2C proces, bijvoorbeeld in tapijten.
Hopelijk maakt dat alvast duidelijk dat afval idd een complex en steeds groter probleem is. Daarom kies ik ervoor om niet meteen tot in de puntjes te verbouwen, maar zorgvuldig af te wegen wat echt nodig en nuttig is, en welke materialen verantwoord zijn (ook in de afvalfase dus). Dat ondertussen mijn huis niet ‘blinkt’ neem ik er graag bij….
LikeLike
Een oude tekst, maar op veel gebieden nog brandend actueel: http://www.veto.be/jg24/veto2412/fost.html
4. … Het is de verantwoordelijkheid van de burger om bruikbare goederen niet aan het containerpark aan te bieden maar aan een kringloopwinkel of een goed doel.
Toch zou hier de overheid ook een rol kunnen spelen. Dat men niet wil dat iedereen vrijuit terug materiaal meeneemt, kan ik me nog voorstellen. Maar waarom geen systeem uitwerken waarin de nog bruikbare spullen ook echt terug ‘op de markt’ komen.
5. Het verminderen van de soorten en vooral het verbieden van bepaalde materialen zou meer helpen dan het sorteren te verbeteren.
Klopt, bepaalde soorten verpakkingen en materialen zouden verboden mogen worden. Spijtig genoeg ligt dat ook erg gevoelig.
9. Het zal misschien gek klinken maar gebruik van sommige plastics kan zeer duurzaam zijn in het geval van een C2C proces, bijvoorbeeld in tapijten.
http://www.lowtechmagazine.be/2008/04/afbreken-huis.html
Hoe het juist zit met tapijten weet ik niet. Maar bij kunststofkleding (b.v. fleece) blijkt er een groot probleem te zijn met micro-plastics die uiteindelijk als ‘plastiekplankton’ in de zee beland.
LikeLike