Als (ingeweken) Gentenaar probeer ik jaarlijks toch enkele dagen van de feesten mee te pikken. Ik hou vooral van de spontane en verrassende activiteiten die je telkens weer tegenkomt. De straatartiesten, de pleintjes (zoals dit jaar het schitterende Bataclan parkje met Jezus als presentator), de verbroederingsdansje in de straat, het amusement en de ontroering bij sommige voorstellingen. Kortom, ik geef het toe, ik ben een fan. Er is natuurlijk ook een keerzijde; de ecologische impact van zo’n evenement. Toch denk ik dat de voetafdruk van een avond Gentse feesten niet perse buitensporig moet zijn. Belangrijk is vooral de manier waarop je ernaar toe gaat (en dank zij de Lijn hoeft het echt niet met de auto). Het energieverbruik van de verlichting en geluidsinstallaties wordt gedeeld door zo veel bezoekers dat het nauwelijks meer betekent dan een avond thuis naar TV kijken. Zelf je beker meenemen is ook een goede stap. Je kan er trouwens ook nog regelmatig iets interessant meemaken, zoals in de Bibliotheekstraat waar vandaag een boel Klimaatactiviteiten op het programma staan.
Gisteren ben ik voor de feesten ook nog langs geweest op het zomercongres van JNM (jeugdbond voor natuur en milieustudie). Een interessante club van jonge mensen die kinderen op vele manieren in contact brengen met natuur en milieu. Mocht je nog op zoek zijn naar een goede jeugdbewegiging voor je kinderen, neem zeker eens een kijkje op hun site. Het was een boeiend gesprek met een jongen mensen die beseffen dat ze wellicht de eerste generatie zijn die nog even kan proeven van welvaart en overdaad maar het in de toekomst met minder zal doen.