Deze zomer kon ik veel lezen, en één boek verdient hier wat bijzondere aandacht. De titel; ‘Goliath’s Curse. The history and future of Societal Collapse.‘ van Luke Kemp. Een stevige turf van 550 bladzijden met veel interessante en waardevolle inzichten. Dus neem ik wat tijd voor een bespreking. Wie liever een (Engels) interview met de auteur leest kan hier terecht. Al staat er in het boek veel meer dan de titel hieronder laat vermoeden.

In het eerste deel bespreekt Kemp de mythe die Hobbes in het leven heeft geroepen en die nog steeds stand houdt. Namelijk dat de beschaving niet meer is dan een ‘laagje vernis dat eraf gaat zodra er een crisis is.’ Want dan worden we egoïstische, geweldadige monsters; het basis idee van heel wat Hollywood films. Net zoals Bregman in ‘De meeste mensen deugen’ laat Kemp zien dat dit een fout idee is. Doorheen de geschiedenis zijn er vooral voorbeelden te vinden waarbij mensen in tijden van crisis voor elkaar zorgen en gaan samenwerken. De voorbeelden die hij hiervoor aanbrengt zijn talloos.
Een tweede inzicht is dat van de relativiteit van natiestaten. Voor ons is het normaal dat iedereen in een land woont en zo de hele wereld is opgedeeld in natiestaten. Maar in de geschiedenis van de mensheid (zo’n 300 000 jaar) was dat 99.5 procent van de tijd niet zo. Mensen leefden in egalitaire, coöperatieve groepen die best ook groot en ontwikkeld konden zijn. Een stelling die ook aan bod kom in ‘Het begin van alles’ het baanbrekende boek van David Graeber en David Wengrow. Kemp laat bevestigt dat het samenwerken van mensen veel te maken heeft en had met onze capaciteit om verhalen te vertellen (enter Yuval Harari).
Na het beschrijven van de eerste stadia van de mensheid komen we in het Holoceen (de periode na de laatste ijstijd, zo’n 11 000 jaar geleden). Hier ontstaan de eerste ‘Goliath’s’. Een Goliath ziet hij als een geheel van hiërarchieën waarin sommigen individuen de rest van de groep domineren. Het ontstaan van Goliath’s is te linken aan de start van de landbouw. Want dan krijgt bezit (van graan, van vee en van wapens) vorm en wordt het land voor het eerst als ‘eigendom’ geclaimd. Daarbij kan rijkdom (en macht) doorgegeven worden van vader op zoon. Tussendoor maakt Kemp al eens een vergelijking met de actualiteit. Wist je bijvoorbeeld dat in 2024 alle biljonairs onder de dertig hun macht en rijkdom geërfd hebben. Niks eigen verdienste of genialiteit dus.
Verderop bespreekt Kemp een aantal van de vroege Goliath’s zowel in de Amerika’s en Azië (in de millennia voor Christus) daaruit blijkt dat veel van deze systemen ten val kwamen, en dat dit vooral de maken heeft met een inherente afkeer van autoriteit bij de meeste mensen. Als die prille heerschappijen in elkaar zakken wordt de bevolking zelf er meestal beter van. Geen dwang arbeid, belastingen of geweld meer. Pas later (dan komen we in de periode van de ontdekkingsreizen) komen nieuwe en grotere Goliath’s op het toneel. Deze verspreiden steeds meer ideologieën die ongelijkheid rechtvaardigen. Denk maar aan godsdiensten, koningen die zich als gezant van God beschouwen en vandaag de dag de mythe dat vooruitgang afhankelijk is van het genie van enkele bilionairs.
In een volgend hoofdstuk onderzoekt Luke Kemp hoe het zit met de veroudering van samenlevingen. Naarmate ze groeien neemt de ongelijkheid toe en installeren ze ‘rijkdompompen’, mechanismen die ervoor zorgen dat geld verplaatst wordt van de armen naar de rijken. Iets wat ook Pickety in onze hedendaagse economie heeft aangetoond. Hoe groter de ongelijkheid en hoe zwakker het democratische gehalte, hoe groter de kans dat zo’n samenleving in elkaar kan storten. Een studie van rampen in 150 landen over de periode 1995-2009 toont hetzelfde. De meest democratische landen, met de best uitgebouwde overheid zijn een pak veerkrachtiger.
Er komt ook een stukje psychologie aan te pas. Een belangrijke factor in de evolutie van Goliath’s is de aanwezigheid van mensen met narcisme, psychopatische trekjes en Machiavellistische denkwijzen. De hoogste concentratie van die mensen is te vinden in gevangenissen, op de voet gevolgd door…CEO’s. Langzaam evolueert de politiek naar een systeem waarbij de beste manipulators die bereid zijn veel tijd en energie te investeren in hun carrière, aan het langste eind trekken. Daarbij komt dat eenmaal aan de macht deze mensen vatbaar zijn voor corruptie en geweld tegen opposanten. Klinkt redelijk bekend in de oren allemaal.
Na het grondig bekijken van staten en rijken neemt Kemp ons mee naar het ontstaan van het kapitalisme. De eerste tekenen ervan zijn er al 3 000 jaar geleden in Assyrië, met documenten die verwijzen naar schuld, virtueel geld en een autonome klasse van handelaars. Hij bespreekt hoe imperia rond de Middelandse zee, in de Amerika’s en in China opkomen en tot verval komen. Daaruit blijkt opnieuw dat machtig rijk niet perse een voortuitgang betekent voor veel mensen. Na de val van Rome gaan veel mensen uit het voormalige Romeinse rijk plots meer calorieën binnen krijgen.
Veel aandacht is er ook voor de kolonisatie periode en de vele zwarte bladzijden van genocide en slavernij. Veel van de praktijken uit de periode zien we terug in de volgende fase, het imperialisme, waarmee een wereldwijd systeem van extractie wordt opgetuigd. Tot op de dag van vandaag. Nog een cijfer, in de periode 1990-2015 wordt er jaarlijks 10 bilioen dollar van het Zuiden naar het Noorden getransfereerd, dat is dertig keer meer dan de hulp die jaarlijks van het Noorden naar het Zuiden vloeit.
We zien dus in de geschiedenis een evolutie naar steeds grotere Goliath’s, die op een bepaald moment ten onder gaan. Hoe groter die worden hoe ingrijpender een ineenstorting is, zeker door de hyperconnectiviteit die onze wereld kenmerkt. En zo komen we bij het laatste deel: the endgame. Daarin bespreekt hij de diverse bedreigingen zoals atoomwapens, virussen, klimaatverandering, technologie en biodiversiteitsverlies. Bekend wellicht voor velen onder ons, maar gestoffeerd met de meest recente wetenschappelijke info (en die is niet bepaald fraai).
Kemp wil ook op zoek gaan de wortels van die bedreidingen. Hij noemt ze de ‘Agents of Doom‘, een kleine groep landen en bedrijven zoals Big-oil, Big-tech en de militair-industriële concerns van China, de VS en Rusland. Ze zijn uit op macht, status en rijkdom en zijn op die manier de belangrijkste aanjagers van de existentiële risico’s. In het boek probeert hij ook uit te zoeken wanneer en hoe deze super-Goliath zou kunnen instorten. Hij zegt dat je in zo’n geval hoe dan ook beter af bent met vrienden en een stevig netwerk dan met veel geld in een beveiligde bunker.
Kemp is ervan overtuigd dat we de huidige Goliath (de uitkomst van 5000 jaar evolutie) ook kunnen stoppen. Belangrijke stappen zijn het herverdelen van de macht, bijvoorbeeld door een sterkere democratie met burgerpanels (een pleidooi dat we kennen van David Van Reybroeck). Het herformuleren van wat vooruitgang zou kunnen betekenen en dat binnen de planetaire grenzen. Opgeven van eindeloze groei is noodzakelijk. Het is mogelijk om 8.5 miljard mensen een deftig leven te laten leiden met een verbruik van energie en grondstoffen dat 70% lager is dan vandaag! Het aanpakken van ongelijkheid en vergroten van de democratische controle moet het mogelijk maken om een andere toekomst te realisereren.
Ik ben er al langer van overtuigd dat ons een stevige afbrokkeling van de huidige systemen te wachten staat. Dit boek maakt duidelijk dat dit voor veel mensen een verbetering zou kunnen betekenen. Dat klinkt op zijn minst hoopvol.
(met dit verslagje doe ik wel geen recht aan de enorme rijkdom en ideeën van dit boek, dus als je de kans en de tijd hebt, lezen maar!)


Interessante boekbespreking Steven. Hoopvol ook. Dank je.
LikeGeliked door 1 persoon
bedankt voor de samenvatting, heel interessant inderdaad !
Johan Vanbeselaere
LikeLike